Executieve functies
Voldoende slaap, rust, goede voeding en voldoende beweging zijn voorwaarden voor het goed laten functioneren van de hersenfunctie en het gebruiken van executieve functies.
Eén oefening komt daarom telkens terug in de lessenserie. Dit is de ‘rustoefening’. Gedurende 2 minuten gaan leerlingen in de ‘ruststand’. Tafels zijn leeg, er wordt niet gepraat, geen contact met elkaar gemaakt. Leerlingen mogen rechtop zitten, of met hun hoofd op hun armen op tafel gaan liggen. De eerste keer zal dit mogelijk een lastige opdracht zijn. Maar naarmate deze opdracht vaker wordt gedaan in de mentorlessen en wellicht ook daarbuiten, hopen we dat leerlingen zich dit steeds meer eigen gaan maken. Ook thuis is het goed om af en toe even helemaal in de ‘ruststand’ te gaan, om vervolgens opgeladen te zijn voor een volgende taak.
Executieve functies zijn belangrijk om tot een goed leerresultaat te komen. Executieve functies zijn vaardigheden die leerlingen nodig hebben om hun (leer)gedrag aan te sturen. Deze functies zijn gedurende de pubertijd volop in ontwikkeling.
Naast goede gewoontes en executieve functies, zijn ook leerstrategieën belangrijk. Soms is het besef dat het niet ligt aan het niet kunnen, maar aan een niet handige strategie, een enorme eyeopener voor een leerling. Welke strategie het beste werkt, is voor elke leerling anders. Het is daarom belangrijk dat een leerling open staat voor (het uitproberen van) verschillende strategieën. Deze kunnen per vak en per leerjaar verschillen, al naar gelang de aard van de te leren stof, het tempo, de beschikbare tijd van een leerling, etc. Het aanleren, aanpassen of veranderen van strategie kost, tijd. Zoals het aanleren van elk nieuw gedrag tijd kost en terugvalmomenten kent. In de mentorlessen wordt kennis gemaakt met verschillende leerstrategieën en worden vooral ervaringen onderling gedeeld om zo het ‘palet van strategieën’ bij leerlingen te vergroten.